Kijkje in de ereloge van het Schuttersgilde St. Jan.
Een Amerikaans echtpaar uit het wilde westen dat een rondreis door Nederland maakte belandde in alle argeloosheid in het dorp Keijenborg. Ze konden hun ogen en oren niet geloven. Hen was immers verteld over het wilde oosten. Maar de rust en stilte waren overdonderend. Alleen het milde geluid van het loof van het geboomte dat de H. Johannes de Doper-kerk overschaduwt en een wellustige merel verstoorden de rust. Wonen hier geen mensen, vroeg het echtpaar zich af. Een toevallige passant (nee namen noemen we niet) wist de verontrusting bij echtpaar te temperen met de mededeling dat de rust slechts schone schijn is en dat de Keijenborgers zich kalm houden om energie op te sparen voor de feesten. En om de daad bij het woord te voegen, zouden de orde en rust gehandhaafd worden door het Schuttersgilde St. Jan onder aanvoering van veldmaarschalk John Rondeel. Met donderbussen en hellebaarden gewapend zouden die het vredige status quo in stand houden. Maar, zo vervolgde de toevallige passant wiens naam we nog steeds niet willen noemen, zodra er op het grasveld van de Kerkstraat een bierpomp geïnstalleerd staat is het met de rust gedaan. Dan ontlaadt de Keijenborger zich van rustige dorpeling in een feestbeest. Zij het, in beschaafde mate, want Achterhoekers ontaarden zelden.
Gisteren was dat op koningsdag, en pas nadat de kinderen met een velerlei aan gezellige spelletjes aan bod gekomen waren, heel goed te zien en ontstond er dan ook een feestje dat ongeveer net zo bruiste als het gerstenat dat door de vaardige tapvingertjes van Sylvie en Emiel Bergervoet vloeide. Geen donderbus of hellebaard nodig om de orde te handhaven. Erger nog, de plaatselijke militie ging zelf ook aan het gerstenat waarbij we niet verhullen dat zelfs de veldmaarschalk zich er hoogstpersoonlijk aan laafde. Ter geruststelling: hij bleef zoals altijd fier overeind.
Ook al vloeide het gerstenat gestadig, van de honger hoefde men niet om te komen want niemand minder dan de Keijenborgse frituurkoning Joost Jansen had zich voorgenomen een der zeven werken van barmhartigheid ‘de hongerigen spijzen’ in praktijk te brengen. Zo nabij de H. Johannes de Doper-kerk kon je ook niet anders verwachten.
Een koningsfeest met rijkelijk vloeiend gerstenat en in frituurolie van genot wentelende lekkernijen kunnen niet zonder muzikale omlijsting. Daarom was niemand minder dan Keijenborgse publiekslieveling Timo Kleverwal verzocht als Feesttijger de knoppen van de DJ controller te beroeren. Dat deed hij met zo veel verve dat het plaatselijke gevogelte uit eerbied een zangpauze inlaste.
Zijn er dan in het geheel geen dissonanten of nog erger te melden. Noch de pastoor, noch veldmaarschalk hoefden in het morele geweer te komen want de Keijenborgers en diens naaste buren uit Bekveld weten zich zelfs met een flink slokje op te gedragen. Dat ‘flink slokje op’ mag misschien iets te voorzichtig uitgedrukt zijn, want uit betrouwbare bron hebben we vernomen dat de taphandjes na het feestje wegens oververmoeidheid meteen in retraite moesten.
En het Amerikaanse echtpaar? Dat besloot eenmaal terug in het wilde westen de Keijenborgse levenswijze te prediken. En naar verluidt zouden ze zelfs pogingen ondernemen om het gulle goud uit Groenlo te introduceren want van Budweiser schiet je elkaar de oren van het hoofd.
Maar over schieten gesproken, woorden schieten soms te kort waar foto’s meer tot de verbeelding spreken om de boven beschreven feestelijkheden te duiden. Daarom op Facebook een exposé van de gebeurtenissen.